" THE COUSINS ", BIOGRAFIE door Freddy Magnus, vertaling Herman Van den Meersschaut.
In 1954 verzamelden zich enkele Brusselse muziekminnende studenten in een orkest onder de naam “La Jeune Equipe”. Na heel wat repetities begonnen ze met het opluisteren van fuiven en dansparty’s in de agglomeratie van de hoofdstad. De zes man sterke groep werd al gauw één van de meest gevraagde orkesten in het Brusselse uitgaansleven. Met een breed repertorium van tango, wals, boogie en Latijns-Amerikaanse ritmes kregen ze naam en faam als hét ambianceorkest van selecte clubs en allerlei feestelijkheden in het Brusselse.
Drijvende kracht achter de groep waren de broers Guido en André Van den Meersschaut, allebei zangers en gitaristen. In 1958 kwam een nieuwe drummer de groep versterken:
Brusselaar Adrien Ransy, professioneel muzikant uit het jazzcircuit, die zijn sporen verdiende bij de club “La Rose Noire”. Om zijn muzikale horizon te verruimen gaat hij in op het aanbod om het orkest van de broers Van den Meersschaut te vervoegen.
In 1959 beëindigt solo gitarist André zijn studies regentaat en wordt opgeroepen voor de militaire dienst. Om de toenemende contracten te kunnen nakomen gaat zijn oudere broer Guido op zoek naar een vervanger. Hij maakt kennis met Gustave Dereze (alias Gus Dersé) die na zeven jaar vioolstudie overschakelde op gitaar. Als sologitarist actief bij een ander combo speelde hij ook voortreffelijk hawaïaanse gitaar (steel guitar).
In z’n nieuwe bezetting wordt La jeune Equipe alomtegenwoordig op feesten en partijen van de Brusselse adel en burgerij. De muzikanten treden op in hun typische outfit: een opvallend groen Caballeroblouson boven een wit hemd en zwart pantalon.
Rond die tijd is de Latijns-Amerikaanse muziek aan de orde van de dag. De chachacha viert hoogtij, een genre waarin het orkest uitblinkt. Maar ook rock-’n-roll, toen nog in z’n beginjaren, staat op het programma met enkele nummers van Bill Haley en Little Richard.
Na vijftien maanden legerdienst herneemt André Van den Meersschaut zijn plaats in het orkest. Gus Dersé schakelt over op een elektrische bas, toen een nieuw instrument in vervanging van de goede oude contrabas.
CLUB LES COUSINS
In juli 1959 wordt aan de befaamde Brusselse Grote Markt een nieuwe club geopend. Eerste verdieping, huisnummer7, wordt vanaf dan een trendy trefpunt voor het jonge volk. Baas van het etablissement, Jean-Paul Wittemans, is een kleurrijk figuur met heel wat connecties in het artistieke milieu. Weliswaar beperkt in oppervlakte trekt de club van meet af aan en keer op keer een volle zaal. Met zijn jukebox Wurlitzer hifi- stereo, model 2400 S en de succesplaatjes van de dag lijkt Jean-Paul wel het gat in de markt te hebben gevonden. Elk weekend gaat het publiek uit de bol tijdens zijn surpriseparty’s.
Naar het filmsucces van het moment, de nouvellevaguefilm van Claude Chabrol (1959), krijgt de nieuwe club de naam “Les Cousins” toebedeeld.
Ook het logo van de zaak wordt ontleend aan de film; een grafisch gestileerd dameskopje naar de actrice Juliette Mayniel met in de vurige ogen de weerspiegeling van een kandelaar. Het karakteristiek embleem is terug te vinden op de muren van de ingang en op alle drukwerk, reclame en lidkaarten van de club.
Om het succes en de eerste verjaardag van zijn club te vieren nodigt Jean-Paul “La Jeune Equipe” uit. Hij had hen zien optreden bij de “Concert Noble” en had er ook zijn oude kennis Adrien Ransy ontmoet.
Op vrijdag 1 juli treden ze voor het eerst op in een afgeslankte bezetting: de broers Van den Meersschaut (Guido, alias Guy Dovan en André, alias André Shore) zang en gitaar, Gustave Dereze (Gus Dersé) zang en bas en Adrien Ransy aan de drums. Het wordt een weergaloos succes voor een opgepropte zaal. Naar aanleiding van de Franse nationale feestdag doen ze het succes nog eens over op 14 juli.
Onder het publiek van het verjaardagsconcert bevindt zich ook Jean Kluger die zeer onder de indruk is van de optredende groep. Hij praat er over met zijn vader Jacques Kluger, baas van de muziekuitgeverij World Music en van de platenfirma Palette (Color in Music) gevestigd aan de Madeleinestraat te Brussel en met een filiaal op Broadway in New York. Het platenlabel Palette, amper twee jaar oud en op zoek naar jong talent, blijkt zeer geïnteresseerd.